Stoere vlinder

Afgelopen weekend waren er veel Distelvlinders te zien in Berkheide. Ik weet niet hoeveel je moet zien om van een invasie van deze trekvlinder te spreken , maar ik vond de aantallen opvallend.

In Nature Today (mooie site is dat toch) stond eind mei een stukje over deze soort: https://www.naturetoday.com/. De strekking in het kort was dat dit jaar een “Distelvlinderjaar” had kunnen worden omdat ze in enorme aantallen in Israël en Griekenland werden waargenomen, vliegend in noordwestelijke richting. Het vervolg was echter dat ze vooral in de oostelijke helft van (Noord) Europa werden gezien en dat ze onze kant hebben overgeslagen vanwege een regengebied. De hoop was dat een volgende generatie Distelvlinders in de nazomer vanuit het Noorden onze kant zou opkomen, op weg naar Zuid-Europa en Afrika. Inmiddels is het weerplaatje in Europa blijkbaar zo veranderd dat de weg naar ons alsnog vrij is voor de Afrikaanse/Zuideuropese trekvlinders . De vlinders die ik afgelopen zondag zag waren dermate ‘afgevlogen’  (zeggen vlinderologen om aan te geven dat een vlinder veel schubben verloren heeft en/of beschadigde vleugelranden),  dat ik aanneem dat het inderdaad vlinders waren die van ver kwamen.

Wonderlijk eigenlijk, die trekvlinders. Wat bezielt die beesten toch, zou je zeggen, om duizenden kilometers deze kant op te vliegen om hier in de winter weer uit te sterven? Ik kreeg gisteren een logische vraag van mensen die voor het eerst over Distelvlinders hoorden: “Als ze allemaal naar het noorden vliegen om hier vervolgens de winter niet te overleven, dan sterven ze toch helemaal uit?” Het antwoord is natuurlijk dat niet alle vlinders naar het noorden trekken, in Afrika schijnen ze ook gedeeltelijk het jaarrond te blijven. Er schijnt ook sprake te zijn van een trek zuidwaarts door Distelvlinders die hier geboren te zijn, hoewel dit heel zelden waargenomen wordt, maar daardoor klopt het evolutionair weer een beetje. Voor het succes van een soort is immers het aantal nakomelingen die het volgend jaar zich weer verder voortplanten van belang.

Kortom, een fascinerende soort, en dat mag ook wel eens gezegd worden, want in alle natuurdocumentaires zie je alleen de Amerikaanse Monarchvlinder als trekvlinder in beeld.

Bijgaand een foto van een Distelvlinder van afgelopen zondag. Bleek en zichtbaar al aardig wat schubben kwijt, wat het waarschijnlijk maakt dat dit exemplaar duizenden kilometers heeft afgelegd, misschien wel vanuit Noord-Afrika, misschien wel via een luchtstroom op kilometers hoogte, we weten het niet, maar als die vlinder kon spreken…

In de fotogalerij staan een paar ‘verse’ exemplaren van eind juli en augustus van vlinders die hier geboren zijn en die ik om die reden lang niet zo mooi vind als ‘mijn’ stoere vlinder (sorry Casper en Gerrit ;-))

Eén reactie - Een reactie plaatsen
  • Joop de Leeuw -

    …en het spoor dat op de Abeel is achtergelaten zou zo maar eens van een
    Phyllocnistis mineermotje kunnen zijn, die een slakkenspoorachtige tekening
    in een mijn achterlaat.

  • Laat een reactie achter op Joop de Leeuw Reactie annuleren

    Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

    error: Content is protected !!