Als het voor ons lekker zonnig weer in de duinen is, is het voor insecten, winterannuellen (plantjes die overzomeren in de vorm van zaad) en slakken bloedheet. Vaak is het dan 50-60 °C net boven de grond, met name op zuidhellingen. Als wij een reuzenvoet op het kale zand zetten, dan voelt dit warm aan, maar het is eigenlijk wel lekker. Het zogenaamde microklimaat boven het zand wordt dan direct verstoord, als een olietanker op kamertemperatuur die in een kinderbadje met heet water vaart. Als je in de orde van centimeters zo groot bent, heb je dit geluk niet. Je hebt dan een overlevingsstrategie nodig. Bijvoorbeeld slakken uit het geslacht Cernuella zijn ware overlevingskunstenaars. Het zijn van die bleke en doods uitziende slakkenhuisjes die je op kaal zand of in het grijs duin tegenkomt. Ze bevatten echter vaak een levende slak die alleen bij regenachtig weer tevoorschijn durft te komen.
Zoals je kunt verwachten hebben dergelijke soorten hun zwaartepunt in Zuid-Europa, en is het een kwestie van tijd voor er zich nieuwe soorten voor de Nederlandse fauna vestigen (in de duinen). Zie hiervoor het volgende artikel in Nature Today: De Gevlekte Grasslak, nu alleen nog in Zeeuws-Vlaanderen, maar met de huidige opwarming kun je er op wachten (een beetje geduld graag, want het gaat natuurlijk wel om slakken).