Soms kan je behoorlijk op het vreemde been gezet worden. Dit overkwam de teller op kavel 7a afgelopen weekend. Een toef gifblauwe bladeren aan een bramenstruik. In zijn eigen woorden: “Ik dacht dat iemand zijn jas had achtergelaten. Maar het waren bladeren. Van die bramen met lange rode slierten die tussen de struiken staan. Blauwe bladeren. En nee, het is niet de lichtval. Iemand ooit iets dergelijks gezien of er een verklaring voor?”
Ik had geen idee, gelukkig kwam al snel het verlossende woord van Maarten Langbroek (terreinbeheer SBB):
“Het is een markering die aangaf tot waar we de bramen hebben afgemaaid. Afgelopen twee weken zijn namelijk een aantal vlakken in Toverduin gemaaid (tegen vergrassing en verduinrozing), inclusief wat opgaande begroeiing van bramen. Maar ik vond het de moeite waard een deel van dit braamstruweel te sparen, zeker omdat hij in dit gebied niet woekert. Vandaar de blauwe markering die mijn collega heeft aangebracht voor de aannemer. Het is dezelfde markering die we aanbrengen op bomen tijdens dunningen (blauw = toekomstboom, oranje = vellen van de boom)”
Weer wat geleerd.
Iets waar ikzelf regelmatig tegen aanloop op de kale zanderige stukken in ons kavel, zijn vondsten van de Wulk, wat zo’n beetje de grootste slak is die je op het strand kan tegenkomen. Geen slak waarvan je verwacht dat hij “eventjes landinwaarts waait”.. Andere zeeslakken of -schelpen kom ik niet tegen. Het enig wat ik kan bedenken is dat de slakken door meeuwen of kraaien gebracht zijn door de lucht. Een erg succesvolle actie zal het in veel gevallen niet geweest zijn, omdat de huisjes vaak helemaal gaaf zijn, of ze moeten kans hebben gezien om de slak via de opening er uit te pulken. We hebben voor de jaren negentig wel een bescheiden kokmeeuwkolonie gehad op een eilandje op het voormalig meer van de Plasjes van Simon, voordat dit omgevormd werd tot een moeras.
Hoi Joop,
Ik heb geen verklaring voor de aanwezigheid van de Wulk in het duin. Eind jaren negentig heb ik diverse exemplaren gevonden in kavel 3. Naar mijn weten spoelen er zelden levende exemplaren aan op het strand. Dus ik denk dat het niet door de meeuwen komt. Kunnen het niet gewoon schelpen zijn die ooit zijn aangevoerd met zand? Geen idee of in het verleden veel zand is aangevoerd?
Groetjes
Bas
Ik lees ook dat de Wulk niet/nauwelijks levend op Nederlandse stranden gevonden wordt. Dat maakt het voor mij nog geheimzinniger. Duinen worden immers door de wind gevormd. Ik zie zo’n dikke zware Wulk niet zo maar even door de lucht geblazen worden. Ik zou dan ook veel lichtere tweekleppigen verwachten, maar die vind ik niet…?