Lentevreugd is voormalige bollengrond, 100 ha groot, ten zuiden van het Panbos en ten oosten van Berkheide, en omgezet naar natuur. Er is een flink moeras ontstaan, er zijn een paar meertjes, er zijn wat droge en drassige stukken met  verspreid staande struiken en een weelderige grasgroei. Het gebied is hoofdzakelijk voedselrijk, omdat de toplaag nooit afgegraven is. Bijzonder rijk aan vogels, vooral moerasvogels, maar langzamerhand nemen de liefhebbers van een mozaïek van struiken en grasland toe.

LET OP: dit gaat, op een enkele vergelijking na, alleen over Lentevreugd.

De onderstaande tabel is een samenvatting van de volledige tabel: https://www.vwgberkheide.nl/wordpress/jaaroverzichten-broedvogels-lentevreugd/,
met weglating van soorten die constant zijn gebleven de afgelopen jaren, en er is een “trend-kolom” toegevoegd.

Conclusies:
-De Wilde Eend en de Huiszwaluw gaan langzaam achteruit, geheel conform het landelijke beeld.
-Bij de Kuifeend zien we hetzelfde beeld.
-De Fitis vermindert weer in aantal, na een aanvankelijke forse stijging.
-Ook vorig jaar was er weer een Bergeend, dat blijft bijzonder omdat deze in Berkheide al vele jaren niet meer voorkomt.
-De aanwezigheid van een Snor is veelzeggend voor de vitaliteit en uitgestrektheid van het moeras.
-Net als in Berkheide riep hier een Kleinst Waterhoen. Zal geen blijver zijn, want deze zeldzame vogel heeft een grillig verloop in Nederland.
-De Veldleeuwerik houdt nog vol, maar is kwetsbaar in dit gebied.
-De komst van de Boomleeuwerik, de Ekster, de Gekraagde Roodstaart, de Nachtegaal en de Grote Bonte Specht laten zien dat de struiken (en jonge bomen) terrein winnen.
-Er riepen maar liefst 2 Kwartels afgelopen jaar!
-De Krooneend is al jaren aanwezig, maar het blijft nog bij één territorium
-De meer of mindere toename van soorten als de Tuinfluiter, Braamsluiper, Winterkoning, Merel, Putter, Groenling, Kneu, Tjiftjaf, Heggenmus, Grasmus duiden allemaal op de genoemde “verstruiking”.
-De typische moerasvogels als Rietzanger, Rietgors en Kleine Karekiet lijken op een maximum te zitten na jarenlange explosieve toename.
-De toename van de Graspieper lijkt in tegenspraak met het dichtgroeien van Lentevreugd. Kennelijk is het nog steeds aantrekkelijk voor ze om hier te nestelen.